Familiegeschiedenis van de Alblasserdamse Burgemeester 'Op ten Noort' (1886-1896)

05 januari 2014 door Hennie van der Zouw
Familiegeschiedenis van de Alblasserdamse Burgemeester 'Op ten Noort' (1886-1896)

Florent Sophius Op ten Noort Junior was Burgemeester in Alblasserdam van 1886 tot 1896. Hij kwam oorspronkelijk uit Ede, waar hij in 1856 geboren was. Zijn vader, naar wie hij vernoemd werd, was onder andere lid van de Tweede Kamer toen de grondwetherziening van 1848 onder Thorbecke werd besproken, en zijn grootvader Willem Reinier Op ten Noort was bij koninklijk Besluit in de Nederlandse Adelstand verheven.  

De stamreeks van de familie Op ten Noort begint lang geleden in het begin van de 16e eeuw met een zekere Johan Oppen Noirt, eigenaar van het ‘Erve en goed Stickerslagh’ bij Steenderen, welke vermeld wordt van 1507 tot 1527. Nazaten van deze Johan Oppen Noirt werden onder andere bestuurders, schepenen of burgemeester van Zutphen, zoals bijvoorbeeld Mr. Joost Jan op ten Noort (1697-1768) hij was raad van Zutphen en schout, en Mr. Jan Gijsbert Reynder op ten Noort (1732-1787), burgemeester van Kampen.

Bij Koninklijk Besluit van 6 april 1834, nr. 87, werd mr. Willem Reinier Op ten Noort, geboren in 1772, en overleden in 1844, een en belangrijke telg uit dit geslacht, verheven in de Nederlandse adel. In 1907 gebeurde hetzelfde voor de drie broers: Laurens Pieter Dignus, Ludolf en Florent Sophius Op ten Noort, de oud-burgemeester van Alblasserdam.

Hieronder zal ik enkele belangrijke nazaten van bovengenoemde Johan Oppen Noirt, waaronder de oud-burgemeester van Alblasserdam behandelen.

Als eerste nemen we even de opa van de Burgemeester van Alblasserdam bij de hand:  Willem Reinier op ten Noort, geboren in Zutphen op  10 juli 1771 en aldaar overleden op 13 november 1824. Hij was een Nederlands advocaat en politicus, en dus de grootvader van de latere Burgemeester van Alblasserdam.

Willem Reinier Op ten Noort was een zoon van mr. Gerhard David Op ten Noort die was geboren in 1730 en in 1811 overleden. Gerhard David Op ten Noort was onder andere schepen en burgemeester van Groenlo en schepen van Zutphen, en zijn vrouw was Henrietta Beatrix Brantsen, geboren in 1735 en overleden in 1815, het jaar van de Slag bij Waterloo.

Willem Reinier Op ten Noort trouwde drie maal, achtereenvolgens met Elisabeth Maria Graswinckel , Maria Charlotta Philipppina van Heeckeren tot de Wierse en Isabella Wilhelmina Vrugt. Uit deze huwelijken werden respectievelijk vier, twee en vier kinderen geboren. Uit het tweede huwelijk onder andere jurist en politicus Florent Sophius op ten Noort Senior, de vader van de latere Burgemeester van Alblasserdam.

Willem Reinier Op ten Noort studeerde Romeins en hedendaags recht aan de Leidse Hogeschool en promoveerde in 1791 op zijn dissertatie ‘Quaestiones quasdam ex jure civili depromptas’. Hij vestigde zich als advocaat in zijn geboorteplaats. Hij was daarnaast geërfde gerichtsman in het district Veluwezoom (1804), provisor van Huize Bornhof (vanaf 1806), (bezoldigd) secretaris van landbouw in het departement Gelderland (vanaf 1806), plaatsvervangend vrederechter in het kanton Zutphen (vanaf 1811), lidraad in het arrondissement Zutphen (vanaf 1811) en griffier van het stadsbestuur van Zutphen (1812).

Hij werd benoemd tot Maire (Burgemeester) van Zutphen. Van 1814 tot 1823 was hij lid van de Provinciale Staten en Gedeputeerde Staten van Gelderland. Hij was gemeenteraadslid in Zutphen (1816-1818, 1824) en Rheden (1818-1823). Van 20 oktober 1823 tot aan zijn overlijden was hij lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

Willem Reinier Op ten Noort overleed in 1824 op 53-jarige leeftijd.

Zijn zoon Florent Sophius op ten Noort Senior, geboren in Zutphen op 21 juni 1805, en overleden in  Arnhem op 22 juli 1862, was ook een Nederlandse jurist en politicus

Florent Sophius Op ten Noort Senior was dus een zoon van mr. Willem Reinier Op ten Noort en Maria Charlotta Philipppina van Heeckeren tot de Wierse. Hij trouwde met Dina Adriana Nederburgh, geboren in 1817 en overleden in 1892. Uit dit huwelijk werden tien kinderen geboren, waaronder Florent Sophius Junior, de latere burgemeester van Alblasserdam, Oud-Alblas en Ede.

Florent Sophius Op ten Noort Senior studeerde Romeins en hedendaags recht aan de Leidse Hogeschool en promoveerde in 1826 op zijn dissertatie ‘De probatione per testes in causis civilibus’. Hij was achtereenvolgens adjunct-commies Staatssecretarie (1826-1830), substituut-officier van justitie te Zutphen (1830-1838) en officier van justitie te Zutphen (1838-1855). Vanaf 1855 tot aan zijn overlijden was hij procureur-generaal bij het Provinciaal gerechtshof in Arnhem.

Hij had diverse nevenfuncties en was commissaris van de spaarbank en kas tot het verlenen van voorschotten aan ambtenaren en gepensioneerden te Zutphen (vanaf 1837), ook was hij houtvester van het tweede jachtdistrict van Gelderland (vanaf 1847) en was hij van 1855 tot aan zijn overlijden voorzitter van het College van regenten van het Huis van Verzekering in Arnhem.

Florent Sophius Op ten Noort Senior was ook politiek actief, hij was lid van de Provinciale Staten van Gelderland (1841-1853). Vanaf 22 september 1848 tot 8 oktober 1848 was hij buitengewoon lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal en aansluitend nog enige maanden gewoon lid (tot 13 februari 1849). Als lid van de Dubbele Kamer voerde hij het woord bij de algemene beschouwingen over de Grondwetsherziening en bij de behandeling van hoofdstuk XII (additionele artikelen). Hij stemde vóór alle voorstellen tot Grondwetsherziening. In de zitting 1848 sprak hij eenmaal, over het wetsvoorstel tot heffing van provinciale belasting in Drenthe.

Florent Sophius Op ten Noort Senior werd in 1845 benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Hij overleed in 1862 op 57-jarige leeftijd.

Zijn jongste zoon Jonkheer  Florent Sophius op ten Noort Junior werd geboren in Zutphen op 4 januari 1856, en overleed in Ede op 3 december 1927.

De familie Op ten Noort bezat enige plantages in Suriname. Florent Sophius Junior zou later eigenaar worden van de plantage Vossenburg.

De grootouders van Jonkheer Florent Sophius Junior aan vaderszijde zijn vertegenwoordigers van de adellijke families Op ten Noort, Brantsen, Van Heeckeren en Schimmelpenninck van der Oye en moeder is een kleindochter van raadspensionaris Laurens Pieter van de Spiegel (1737-1800). De ambtelijke loopbaan van de toekomstige burgemeester van Alblasserdam en Ede begint in Ede. Op 27 juni 1878 besluiten Burgemeester en Wethouders van Ede namelijk “op daartoe gedaan voorstel ... den heer Florent Sophius op ten Noort Junior te benoemen tot onbezoldigd commies ter Secretarie”.

Twee jaar later vertrekt hij naar Vianen, om vandaar naar Brielle te verhuizen, waar hij in 1881 als gemeentesecretaris wordt benoemd. Op 24 april 1883 trouwt hij in Rotterdam met Antoinette Jeane van Bemmelen, dochter van de directeur van de Rotterdamse dierentuin Blijdorp. Uit dit huwelijk worden drie kinderen geboren, waarvan de eerste (ook Florent Sophius geheten) helaas slechts drie maanden oud wordt.


In oktober 1886 vertrekt het echtpaar Op ten Noort naar Alblasserdam. Jonkheer Op ten Noort is benoemd tot burgemeester van Alblasserdam en Oud-Alblas. Hij vervult deze functie tien jaar tot hij in 1896 benoemd wordt als burgemeester van Ede.

Hij bleef dit tot 1905. In dat jaar vertrok hij naar Zwollerkerspel, omdat hij was benoemd tot inspecteur van Volksgezondheid en Drankbestrijding voor de provincies Friesland, Groningen en Drenthe. Na nog in Oosterbeek te hebben gewoond, keerden Op ten Noort en zijn vrouw in 1919 terug naar Ede, waar zij tot hun dood bleven wonen. Florent Sophius junior overleed op 3 december 1927. Zijn vrouw zeven weken later.

Een dochter van Florent Sophius Junior trouwde op 19 augustus 1916 te Oosterbeek met Niek Sickenga.  Jonkvrouw Dina Adriana op ten Noort (Dien),  geboren op  8 oktober 1893 te Alblasserdam en overleed op 28 augustus 1988 in de leeftijd van 94 jaar te Groesbeek. Zij werd begraven te Nijmegen, op begraafplaats Rustoord. Over deze Dien Op ten Noort vonden we het onderstaande leuke verhaal.

Dien op ten Noort en Niek Sickenga leerden elkaar op jeugdige leeftijd al kennen in 1906 op het landgoed 'Driehuizen'  te Nijmegen. Het landgoed van oom Van Heemstra.  Haar ouders wonen rond 1920 in huize 't Maerland in Oosterbeek. Dien's moeder is Antoinette Jeanne van Bemmelen, dochter van Adriaan Anthony van Bemmelen en Georgine Serruier. De foto toont Dien met haar vader tijdens diens burgemeesterschap van Ede, toen de eerste autorace van Parijs naar Amsterdam door Arnhem en Ede kwam.


Over een broer van de Oud-Burgemeester van Alblasserdam vond ik op internet een prachtige beschrijving, en omdat zoiets over de Oud-Burgemeester van Alblasserdam niet te vinden was vervolg ik hier met onderstaand verhaal.

Jonkheer Laurens Pieter Dignus Op ten Noort (1847-1924) broer van de Florent Sophius Op ten Noort Junior was Luitenant-ter-zee tot 1876, toen hij in dienst trad bij de Stoomvaart Maatschappij Nederland als Inspecteur. In die betrekking vond hij het arbeidsveld dat hij nodig had om zijn grote gaven tot haar recht te doen komen en tot verdere ontwikkeling te brengen. Begaafd met een buitengewone werkkracht en een opmerkingsvermogen zoals weinigen bezitten, was geen arbeid hem te gering en geen onderdeel te klein, maar nooit verloor hij voor het kleine het grote uit het oog.

De gaven van bevelvoeren en van organiseren waren hem aangeboren en, waar die eigenschappen gepaard gingen met een hoogstaand karakter, dat zich uitte in oprechtheid, rechtvaardigheid en vertrouwen in zijn ondergeschikten, kon het niet anders of hij moest zich de waardering en den eerbied afdwingen van ieder die met hem of onder hem werkte, terwijl zijn door onvermoeide arbeid groeiende kennis en ervaring hem weldra geschikt maakten voor de vervulling der meest belangrijke betrekkingen in het scheepvaartbedrijf.

Toen dan ook voor een zeer moeilijken post een buitengewoon man werd gezocht, verwonderde zich niemand dat de keus op den Heer op ten Noort viel; maar er was ook niemand bij de Stoomvaart Maatschappij „Nederland", die hem niet met leedwezen zag heengaan.

Het was in het jaar 1888, en de taak die hem was opgedragen was het voorbereiden en organiseren van den dienst der nieuw opgerichte Koninklijke Pakketvaart Maatschappij in Nederlandsch Indië. Hoe hij deze moeilijke taak tot een goed einde bracht, laat zich niet in enkele regelen beschrijven; de jaren 1890 tot 1893 zijn vermoedelijk wel de zwaarste geweest van zijn leven. Er moest een geheel nieuw bedrijf worden ineengezet, waarvan ieder onderdeel zijne eigenaardige moeilijkheden medebracht. Een vloot moest worden gebouwd, uitgerust en bemand ; agentschappen moesten worden gevestigd, vracht- en passageregelingen worden vastgesteld, de diensten zodanig geregeld dat ze voldeden aan de dikwijls uiteenlopende eisen van de Regering, van den handel en van het reizende publiek, en tevens moest de zaak op ene commercieel gezonde basis worden gevestigd.

Door scherpe concurrentie werd dit werk nog bemoeilijkt en niet minder door vooroordeel en tegenwerking van verschillende zijden; iedere stap vooruit kostte strijd. En juist in dezen tijd, toen de grootste eisen aan zijn werkkracht en doorzicht werden gesteld, liet zijne gezondheid hem in de steek. De laatsten tijd van zijn verblijf in Indië werkte hij met onverminderde energie, maar met een door ziekte uitgeput lichaam. Toen hij in 1893 naar Nederland terugkeerde, stond de Pakketvaart op zulke hechte grondslagen, dat haar succes verzekerd was ; maar de man die dit grote werk tot stand had gebracht, moest enige jaren lang allen arbeid vaarwel zeggen om herstel van zijn geschokte gezondheid te zoeken.


Reeds in 1894 benoemd tot Directeur der Stoomvaart Maatschappij „Nederland" kon hij dan ook eerst lang daarna die betrekking daadwerkelijk aanvaarden. Daarnaast bleef hij als lid (later Voorzitter) van den Raad van Bestuur der Koninklijke Pakketvaart Maatschappij deze zaak in de goede richting sturen. De groei van beide Maatschappijen in de sedert verlopen jaren is zeker voor het grootste deel aan hem te danken.

Hoeveel werk deze betrekkingen hem ook verschaften, de Heer op ten Noort vond nog gelegenheid ook op andere wijze uiting te geven aan zijn liefde voor onze nationale scheepvaart en al wat daarmede samenhangt. Mede­oprichter van de Nederlandsche Scheepsbouw Maatschappij, werkte hij er krachtig toe mede om deze inrichting te brengen op den hogen trap waarop zij thans staat.

Overtuigd dat de Nederlandsche bouwmeesters even goed werk konden leveren als de beste buitenlandse, indien hun maar de gelegenheid daartoe werd gegeven, bevorderde hij zoveel hij kon het bouwen van Nederlandsche schepen op Nederlandsche werven, en waar bij het groeien der Stoomvaartmaatschappijen de schepen telkens weer groter en volmaakter werden, moesten de Nederlandsche werven zich ook telkens weer aan hogere eisen aan­passen en groeiden daardoor met de nationale scheepvaart mede.

Een van de belangrijkste zaken die de Heer op ten Noort tot stand bracht, is zeker de Nederlandsche Scheepvaart Unie die de samenwerking verzekert tussen de drie Nederlandsche Stoomvaart Maatschappijen, welke hun bestaan vinden in de vaart naar en in Nederlandsch Indië. Het is toch den Heer op ten Noort gelukt, voor die samenwerking een zodanige vorm te vinden, dat deze Maatschappijen het gemeenschappelijke belang dienen en toch ieder volkomen zelfstandig blijven.


Een zeer belangrijk aandeel had de Heer op ten Noort in de oprichting en ontwikkeling der Java-China-Japan-Lijn, in het tot stand komen van de verbinding tussen Java en Bengalen en in de oprichting van de Zuid-Amerika-Lijn (thans Koninklijke Hollandse Lloyd).

Het is niet mogelijk in het kleine bestek van een tijdschriftartikel een enigszins volledig verslag te geven van al hetgeen de Heer op ten Noort voor de Nederlandsche Scheepvaart deed; wij moeten ons bepalen tot het kort resumeren der voornaamste feiten, zoals hierboven geschiedde.

Zeker is het dat met deze opsomming de balans nog niet is afgesloten, want het is te verwachten dat de Heer op ten Noort de meerdere vrijheid van beweging, die zijn aftreden als Directeur der Stoomvaart Maatschappij Nederland hem gaat geven, voor een groot deel zal gebruiken om zijn nuttigen arbeid weer in andere richting voort te zetten. Hij zal blijven zoeken naar nieuwe wegen voor de ontwikkeling van Neerland's koopvaardijvloot, en op die wegen een beproefd leider blijven voor zijn navolgers.

En in de kringen waarin hij heeft gewerkt zal hij blijven de man, bij wie men het eindoordeel komt vragen in alle belangrijke en moeilijke zaken en bij wiens uitspraken men zich onvoorwaardelijk neerlegt, omdat die altijd de uitingen zijn van een helder verstand, een grote ervaring en een edel gemoed.

Als eerbetoon aan deze telg uit het geslacht Op ten Noort heeft er zelfs een schip onder die naam over ’s werelds zeeën gevaren. Helaas liep het slecht af met deze 6000-tonner "Op ten Noort". Het schip werd aan het begin van de oorlog door de Kon. Marine gevorderd en tot hospitaalschip ingericht, maar het werd later door de Japanners in beslag genomen en is op 10 december 1944, varend onder Japanse vlag, op een mijn gelopen en gezonken.


Verder hebben we nog een zekere Jonkheer Godfried Carl op ten Noort (1878-1949) gevonden die directeur van bierbrouwerij ‘De Gekroonde Valk’ te Amsterdam was, deze Godfried Carl Op ten Noort was hoogstwaarschijnlijk een zoon van Jonkheer Laurens Pieter Dignus op Ten Noort, dat heb ik helaas nog niet kunnen verifiëren.

In de donkere tijden rondom de Tweede Wereldoorlog ontdekten we ook nog  Jhr. mr. Laurens Pieter Dignus op ten Noort (1906-1977), hoogstwaarschijnlijk een zoon van Jonkheer Godfried Carl Op ten Noort. Deze Jonkheer mr. Laurens Pieter Dignus (Laurens) Op ten Noort geboren in Koudekerke op 15 maart 1906, en overleden in Deventer op 17 oktober 1977, was een Nederlandse NSB'er.

Deze Jonkheer mr. Laurens Pieter Dignus Op ten Noort, lid van de familie Op ten Noort, werd dus geboren als zoon van bierbrouwer jhr. Godfried Carel Op ten Noort en Maria Aletta Johanna Bock. Laurens Op ten Noort was evenals zijn zuster Julia Op ten Noort lid van de Nationaalsocialistische Beweging (NSB). Hij was tijdens de Tweede Wereldoorlog hoofd van de afdeling Hoger Onderwijs op het departement van Onderwijs en binnen de Koninklijke Marechaussee en de politie.

Jonkvrouw Julia Adriana op ten Noort (1910-ca. 1996), nationaalsocialistisch activiste. Jkvr. Julia Adriana op ten Noort (Amsterdam, 9 november 1910 - nabij Fulda, 1996) als dochter van jonkheer Godfried Carl op ten Noort en Maria Aletta Johanna Bock, was een Nederlandse nationaalsocialistische politiek activiste.

In het begin van de jaren dertig van de twintigste eeuw was Juul/Julia op ten Noort, lid van de familie Op ten Noort, actief in de christelijke Oxfordbeweging van de Amerikaanse evangelist Frank Buchman. Toen deze beweging in 1934 te gast was bij de SS in nazi-Duitsland leerde zij SS-leider Heinrich Himmler kennen.

Haar broer Laurens op ten Noort was eveneens lid van de NSB en vervulde tijdens de oorlog hoge functies bij de marechaussee en op het departement van onderwijs. In 1937 was ze enkele maanden gastlid van de Duitse Nationaalsocialistische Frauenschaft. Vanaf 1938 was zij betrokken bij de opbouw van de Nationaalsocialistische Vrouwenorganisatie (NSVO) van Musserts Nationaalsocialistische Beweging (NSB), waarvan zij begin 1937 lid was geworden.

Jonkvrouw Julia Adriana Op ten Noort poogde al voor de Duitse inval in Nederland op 10 mei 1940 de NSVO te radicaliseren in de richting van de Groot Germaanse gedachte zoals die leefde in de SS-kringen rond mr. M.M. Rost van Tonningen. Zo was het bezoek dat Op ten Noort (in gezelschap van vijf andere NSVO'sters) in 1939 bracht aan de Duitse zusterorganisatie, de meisjesafdelingen van de Duitse jeugdorganisatie en de Arbeidsdienst voor meisjes, een bron van conflicten met Mussert.

Deze kon haar echter niet ontslaan omdat Julia Op ten Noort de rechtstreekse bescherming genoot van Heinrich Himmler. Zo stelde Himmlers eerste man in Nederland, de Höhere SS- und Polizeiführer Rauter, na de Duitse inval haar een auto ter beschikking om haar NSVO-activiteiten op te vatten. Pas na de jaarwisseling 1940-1941 waren de omstandigheden (door het mislukken van Rosts plannen) zodanig gewijzigd dat Mussert het kon wagen Julia Op ten Noort als leidster van de NSVO te ontslaan, hetgeen hij in februari 1941 deed.

Jonkvrouw julia Adriana Op ten Noort is nabij Fulda in een anonieme urn bijgezet op de plaatselijke begraafplaats.


Na deze twee, toch zwarte schapen uit de familie Op ten Noort willen we toch nog even met een positiveling uit de familie besluiten, want Jonkheer A.H. Op ten Noort, geboren 1881 was directeur van gemeentewerken te Utrecht (1916-1918) en lid van de Raad van Beheer van de Koninklijke Nederlandse Jaarbeurs (1916-1948). Hij is overleden in 1948.

Bron: Het internet en Wikipedia.

Foto's bewerkt met Fotosketcher.
Hartelijk dank aan de originele makers van de foto's.
Column nummer 10 van uw columnist.

Over de columnist

Hennie van der Zouw

Hennie van der Zouw, oud leerkracht uit het basisonderwijs en inmiddels 'pensionado,' is geboren in Bolnes in de gemeente Ridderkerk en sinds 1995 inwoner van Alblasserdam. Hennie is getrouwd en vader van een zoon. Hij is geinteresseerd in computers, I.C.T., stripverhalen, sport en geschiedenis.

Hennie heeft in de laatste dertig jaar een aantal artikelen gepubliceerd in het Stripschrift, een blad met achtergrondverhalen over strips en het beeldverhaal in het algemeen.

Hennie is ook de webmaster van de websites van H.V. Anderz.


Hennie heeft, onder pseudoniem een aantal sportboeken en de eerste twee delen van een roman-cyclus geschreven en in eigen beheer gepubliceerd bij Brave New Books. De boeken over wielrennen, voetbal en schaatsen weerspiegelen Hennie 's interesse in sport. 

Er zijn onder zijn eigen naam ook drie bundels van zijn op alblasserdam.net gepubliceerde columns verschenen en ook heeft hij een tweedelige biografie over zijn vader geschreven. Heel trots is Hennie ook op het boek over Hein, de broer van zijn vader, waar hij naar vernoemd is. Inmiddels is Hennie ook begonnen aan een boek over zijn moeder.

In 2021 is de derde bundel van de columns verschenen. Columns, altijd verankert in de geschiedenis, die proberen om Alblasserdam in het grotere verband van de wereldgeschiedenis en de tijd te laten zien......


En begin van het jaar 2023 verscheen het vierde deel van de verzamelde columns van Hennie van der Zouw op Alblasserdam.net


Jan Willem Boersma uit Mijdrecht sinds vorig jaar in een illuster rijtje Alblasserdamse Burgemeesters
03 feb
Jan Willem Boersma uit Mijdrecht sinds vorig jaar in een illuster rijtje Alblasserdamse Burgemeesters
Alblasserdammer Joop Aret, van waterklerk tot hobby-fotograaf
06 dec
Alblasserdammer Joop Aret, van waterklerk tot hobby-fotograaf
Een Interview met H.V. Anderz? Maar dat is toch zeker wel een Alblasserdammer? Of niet?
07 okt
Een Interview met H.V. Anderz? Maar dat is toch zeker wel een Alblasserdammer? Of niet?
Alblasserdam zit ook onder het P.F.A.S.. 'Dark Waters' ook in Alblasserdam
25 aug
Alblasserdam zit ook onder het P.F.A.S.. 'Dark Waters' ook in Alblasserdam
Na 80 columns wordt het tijd om toch maar eens een Alblasserdammer voor te stellen
01 jun
Na 80 columns wordt het tijd om toch maar eens een Alblasserdammer voor te stellen
Cookies

Deze website gebruikt noodzakelijke cookies voor een correcte werking en analytische cookies (geanonimiseerd) om de statistieken van de website bij te houden. Marketing cookies zijn nodig voor laden van externe content, zoals YouTube-video's of widgets van Sociale Media. Zie ons cookiebeleid voor meer informatie, of om je instellingen later aan te passen.